Geen keuzestress | Fietsers over FUTURUM 4 SEASONS

Kevin Timmerman | 24 september 2021

Vier seizoenen. Vier verschillende weertypes. Eén outfit. Hier vertellen drie fietsers je over hun ervaringen met 4 SEASONS van FUTURUM.

Marcel Dezentjé

Een afgekeurde voetballer op een fiets. Zo noemt Marcel Dezentjé zichzelf. “Ik zeg het vaak als geintje, want ik heb zeker niet op heel hoog niveau gespeeld. Maar ik heb wel lang doorgevoetbald, tot ik ongeveer 45 jaar was. Ik ben ook negen jaar beroepsmilitair geweest. Door al die fysieke inspanningen zijn mijn knieën versleten. Ik moest op zoek naar een andere sport waarin ik m’n ei kwijt kon, zonder mijn knieën te veel te belasten. Daarop ben ik een jaar of zes geleden uitgekomen bij de fiets. Wielrennen is mijn nieuwe passie geworden. Ik mis het zelf voetballen helemaal niet meer.”


“Wat ik absoluut niet wil is dat ik met allemaal verschillende lagen moet werken”

Het hele jaar door rijdt hij op z’n racefiets. Soms alleen, maar vaak samen met maten van fietsclub Maximus Stampers uit Leidsche Rijn. “Ik hou niet zo van smerige, natte wegen. Onder dat soort omstandigheden houd ik de ritten kort of blijf ik liever binnen om lekker te Zwiften. Als het droog is, ga ik naar buiten, wat de temperatuur ook is. Met de huidige kwaliteit kleding die voorhanden is, is dat gewoon prima te doen.” In december 2018 kocht hij zijn eerste 4 SEASONS-kit. “Ik was op zoek naar een jack dat me warmte geeft, water- en windicht is en gemak biedt. Wat ik absoluut niet wil is dat ik met allemaal verschillende lagen moet werken. Want dat kan soms een ellende zijn. Dan is het vóór vertrek heel lastig inschatten hoeveel kledinglagen je nodig hebt. Je wilt het niet te warm hebben en zeker niet te koud. Want dan moet je al na een paar kilometer omdraaien. Door te proberen, krijg je ervaring, maar het blijft hoe dan ook lastig.”


4 SEASONS heeft de keuzestress weggenomen. “Het jack is voor mij de standaard als het kouder wordt. Vervolgens kies ik er een bijpassende baselayer bij op basis van de temperatuur. Een dikker merinoshirt met lange mouwen op de koudste dagen en een dun ondershirt met open structuur op milde dagen. Het is heel fijn en gemakkelijk dat je zo een heel brede temperatuurrange kan dekken. Je hoeft niet meer in kledinglaagjes te denken. Mijn persoonlijke voordeel is dat ik het niet zo snel warm heb en minder zweet in vergelijking met anderen en dat ik het jack dus langer kan dragen.

Gert Beitler

Als het coronavirus één positieve kant heeft gehad, dan is het wel dat het meer mensen heeft aangespoord om te gaan fietsen. Zo ook Gert Beitler uit Voorthuizen. “M’n zwager zei vorig jaar april: ‘Fiets eens met me mee, dat is leuk joh!’ Ik dacht: ik probeer het ook een keer. Ik ben toen aardig besmet geraakt met het fietsvirus. Vervolgens hebben we nog meer vrienden enthousiast gemaakt en is er een fietsgroepje ontstaan.” Hij reed de eerste maand op de leenfiets van zijn zwager voordat hij zelf een racefiets kocht. Hetzelfde gold voor de kleding. “De geleende broek en het shirt waren echt veel te groot. Als je erin staat lijkt het wel mee te vallen, maar als je gaat fietsen, een beetje vaart maakt en rijwind hebt, dan wappert het voortdurend. Ik kan je verzekeren: dat is geen pretje. Ik heb dus bij aankoop van de fiets meteen een zomeroutfit aangeschaft.”

En toen viel de herfst in. “Een van m’n fietsvrienden vertelde wat je allemaal nodig hebt: een goed jack, beenwarmers, armwarmers, andere handschoenen. Hij tipte: ‘FUTURUM heeft een heel mooie all-weather-lijn. Die kun je het hele jaar door aan en is gewoon perfect’. Op een zondagochtend heb ik hem geleend en geprobeerd. En toen wist ik gelijk: dit wil ik hebben. Want hij sluit mooi aan, zit lekker, is comfortabel. Je hebt het niet te warm en nooit te koud. Ik was echt niet de enige in de groep: vier of vijf anderen hebben ook een 4 SEASONS-set gekocht.”

“Op een zondagochtend heb ik hem geleend en geprobeerd. En toen wist ik gelijk: dit wil ik hebben”

Bijkomend voordeel: na zoveel investeringen drukte 4 SEASONS de kosten. “Hij komt op veel momenten van pas, je beperkt het aantal kledingsets. Tot 15 graden gebruik ik hem altijd. Bij hogere temperaturen durf ik al wel met korte mouwen te rijden. Dat betekent dus dat ik hem in alle seizoenen draag. Want in de vroege zomer heb je ook weleens koudere momenten. Net zoals ik me herinner dat we dit jaar een warme februaridag hebben gehad. Toen heb ik in bib shorts en een shirt met korte mouwen gereden!”


Sinds zijn start is de kilometerteller opgelopen naar bijna zevenduizend kilometer. Ook dit najaar en komende winter blijft hij doortrappen, onder meer over de Amerongse Berg, Ginkelse Heide en Veluwe. “Sommigen fietsen alleen bij temperaturen met dubbele cijfers, maar dat hoeft voor mij niet. Pas als het echt bar en boos is, blijf ik binnen en zit ik op de indoortrainer. Het liefst ben ik buiten. Ik weet ook dat de kleding me niet in de steek laat, of het nou min vijf of plus tien is. Dat helpt mee. Het jack heb ik nu al tig keer gebruikt en gewassen. En echt: ik kan geen naadje ontdekken dat loslaat.”

Kleed je tegen de kou

In de herfst en winter niet te koel. En in de lente en zomer niet te warm. Met de juiste kleding blijft je lichaam op temperatuur en kun je lekker, comfortabel sporten en zo klinkende prestaties neerzetten. Samen met thermofysioloog Wouter Ruchtie van CyclingLab geven we uitleg.

Je lichaam functioneert het beste als de lichaamstemperatuur zo rond de 37 graden schommelt. Sport je in de zomer, dan is het zaak het lichaam zo lang mogelijk koel te houden en de overtollige warmte snel van het lichaam af te voeren. Zo loopt de temperatuur niet al te ver op, wat ten koste van prestaties en comfort zou kunnen gaan. In het najaar en de winter is het precies andersom. Dan wil je een groter deel van de interne warmte vasthouden en het lichaam wapenen tegen invloeden van regen en kou.

De voornaamste manier om de komende maanden warm te worden en blijven, is door je lichaam aan het werk te zetten. Laat de benen malen, is het devies. De spiercontractie in met name de bovenbenen genereert onnoemelijk veel energie, meer dan je in eerste instantie misschien denkt. Trap je volgens de wattagemeter bijvoorbeeld 200 watt, dan is dat doorgaans goed voor circa 20 procent van de totale energie die vrijkomt. De overige circa 80 procent – 800 watt – komt voornamelijk beschikbaar als warmte. Het bloed geleidt die langzaam door het lichaam.

Daar waar je benen tijdens het fietsen vrijwel onophoudelijk in beweging zijn, blijft je bovenlichaam vrij stil. Daar wordt dus ook relatief weinig warmte geproduceerd. Om die reden is het gewenst je bovenlijf goed te kleden tegen de kou. Het voornaamste is dat je een goede baselayer direct op de huid draagt. Die neemt het vocht van het lichaam af en voert het naar een volgende laag. Daaroverheen draag je een jack dat wind en regen geen of geringe kans geeft door te dringen. Waarom dit belangrijk is? Een nat lichaam laat zich niet gemakkelijk verwarmen, er moet veel energie naartoe.

Cristian Orry

Christian Orry is geboren voor avontuur. In het verleden voltooide de Deen vele triatlons, tegenwoordig spitst hij zich toe op ultra-afstanden. Niet zelden zijn het zelf bedachte uitdagingen. Zoals in mei van dit jaar. Hij bedacht zijn eigen Everesting-variant: eentje over gravelpaden. “Ik had al een Everesting Challenge op de verharde weg gedaan. En ook eentje op Zwift. Toen ben ik eens gaan rondkijken of er ook al zoiets als een graveleditie van de Everesting Challenge bestond. Ik kon het niet vinden en dacht: dan ben ik mooi de eerste die het doet.”

Hij ging op zoek naar een geschikte locatie in Denemarken, wat niet gemakkelijk is in het vrij vlakke land. De hoogst befietsbare helling, in Jutland, is nog geen 150 meter hoog. “Ik vond die bovendien niet geschikt, omdat het daar te druk is met mountainbikers. En dus ben ik verder gaan zoeken. Daarbij kwam ik uit op een oude graniethoeve op het eiland Bornholm. Daarbinnen zit een steile gravelhelling met een lengte van één kilometer. In de eerste achthonderd meter schommelt het stijgingspercentage tussen de 14 en 18 procent.”

Precies honderd keer reed hij hem op en af om aan de ruim 8.800 hoogtemeters te komen, gelijk aan de hoogtemeters van de Mount Everest. Totale afstand in meer dan twintig uur tijd: 197 kilometer. “Tijdens dit soort challenges kom je allerlei weerstypen tegen, zeker in het wisselvallige Denemarken. Het is kouder in het donker, overdag loopt de temperatuur iets op, er is hier altijd kans op regen. Dan kun je gewoonweg niet zonder goede kleding die zorgt dat je ultratochten comfortabel blijven.”

“De ijspegels zaten aan m’n neus, maar echt, ik heb het geen moment koud gehad”

Begin dit jaar kwam Christian via een bekende met 4 SEASONS in aanraking. Kort nadat hij de kit in zijn bezit had gekregen, droeg hij deze tijdens een driedaags bikepackavontuur. “Een vriend was in training voor een lange mountainbiketocht. Ik ging met hem mee. Het was de periode waarin het echt stervenskoud was: min twintig. Het sneeuwde, het was winderig. Ik droeg een merino baselayer van FUTURUM – mijn eerste kennismaking met merino kleding – en daaroverheen het 4 SEASONS-jack. Vanwege de snijdende kou en voor m’n gemoedsrust had ik nog een extra windvest aangetrokken. De ijspegels zaten aan m’n neus, maar echt, ik heb het geen moment koud gehad. De combinatie van de verwarmende baselayer en het jack werkte verbazingwekkend goed.”

Zelfs afgelopen zomer droeg hij het jack nog, alleen toen in combinatie met een merino baselayer met korte mouwen. “Het regent hier veel. Het fijne aan het 4 SEASONS-jack is de lange achterflap. Daarmee houd je de onderrug lekker droog en bescherm je die tegen opspattend water. Bij andere, dunnere kleding is het weleens voorgekomen dat je binnen de kortste keren drijf- en drijfnat bent. Het water trekt dan door tot op de huid. Komt er dan een windje op te staan, dan koel je snel af. Op zulke momenten draai ik om en keer ik naar huis. De ontwerper van FUTURUM begrijpt wat belangrijk is als je in slecht weer wilt presteren.”


Christian heeft voor de nazomer al een nieuwe challenge bedacht: in één rit van het zuidelijkste punt van Denemarken naar het meest noordelijke punt fietsen. “Dat is zo’n zevenhonderd kilometer. Je moet ook nog een stukje met de veerboot. Ik wil een soort richttijd zetten. Het zou leuk zijn als andere fietsers vervolgens proberen een steeds scherpere tijd neer te zetten. Het idee is dat zij bij de vuurtoren in het zuiden en noorden als bewijs een foto maken.”

Qua kleding heeft hij een tip: “Omdat het in feite één tocht is, dus zonder etappes, krijg je met verschillende weersomstandigheden te maken. Een allround kledingset als 4 SEASONS is dan ideaal. Voor de koudere avond- en nachturen zou je eventueel van baselayer kunnen wisselen. Het scheelt je heel wat bepakking. En dat is prettig, want je bent toch zeker twee dagen onderweg.”

FuturumMag.18

Dit artikel is afkomstig uit FuturumMag.18, het magazine van FuturumShop. Wil je meer interviews, reviews, tips of achtergrondverhalen lezen? Klik hier voor alle artikelen uit het FuturumMag.

Lees verder