Als prof met het hart op de goede plek zet Tom Dumoulin (31) zich met Tour de Dumoulin in voor het jeugdwielrennen in Limburg (en daarbuiten). Dat is hard nodig, want voor de kinderen zijn er steeds minder clubs en steeds minder wedstrijden. Dumoulin hoopt met zijn jaarlijkse wielerevenement meer kinderen te laten genieten van het wielrennen. De sympathieke Giro-winnaar wil maar al te graag vertellen over zijn ‘geesteskind’. Dat doet hij in hotel Van der Valk in Maastricht. Voor de gelegenheid én voor de foto hebben we Balder Stoop uitgenodigd. Het achtjarige wielertalent van het Alkmaarse Alcmaria Victrix droomt van een carrière als profwielrenner. Met rode oren luistert hij mee naar het verhaal van Dumoulin.
Hoe kwam jij in aanraking met wielrennen?
“Sporten vond ik altijd al het leukste om te doen. Ik voetbalde eerst, maar zag in mijn woonplaats Maastricht jaarlijks de Amstel Gold Race finishen. Ik zag al die wielrenners passeren en dat riep een speciaal gevoel bij me op. Op mijn vijftiende wilde ik iets anders proberen dan voetbal en dat werd om deze reden wielrennen.”
Wie waren je helden?
“Ik juichte voor Rabobank, omdat het de Nederlandse ploeg was. Wie voorop reed, en dat was in die periode vaak Michael Boogerd, moedigde ik aan. Maar echt fan, nee, dat was ik niet.”
“Ik was in mijn klas de enige die wielrende”
Had je destijds ook vrienden die fietsten?
“Twee avonden in de week trainde ik met een groepje in Maastricht. In het weekend deden we een klein rondje met vrienden. In mijn schoolklas was ik destijds wel een vreemde eend in de bijt, bijna niemand wielrende. Nu trapt de helft van mijn schoolklas van toen wekelijks een rondje. Ze vinden het eindelijk mooi wat ik doe.”
Train als Tom Dumoulin
Wil jij jouw prestaties een boost geven? Gebruik dan dezelfde materialen Tom Dumoulin en de andere renners van Team Jumbo-Visma! FuturumShop heeft zo goed als alle producten van de ploeg op voorraad. Shop ze direct en waan je Wout, Marianne of Tom! Om het jou makkelijk te maken hebben we al enkele producten voor je op een rij gezet. Je checkt alle producten hier.
Hoe ging je eerste koers?
“Ik werd op mijn Trek natuurlijk keihard gelost. De fiets had ik verdiend met een krantenbaantje. Ik had al wel talent voor duursport. Na voetbal probeerde ik het ook even bij atletiek waar ik vooral hard wilde lopen, maar op die leeftijd werd je gedwongen ook aan onder andere verspringen en speerwerpen te doen. Dat trok me niet.”
Welke problemen zie jij voor kinderen om zich aan te melden bij een wielerclub?
“Het is allereerst verschrikkelijk moeilijk om een groep jonge kinderen bijeen te krijgen. Er wordt te weinig gewielrend waardoor afstanden groot zijn. De afstand naar de club, maar ook de afstand naar wedstrijden. Vaders en moeders leveren het halve weekend in voor hun fietsende kind.”
De aanschaf van een racefiets is ook behoorlijk prijzig.
“Gelukkig zijn er steeds meer leenfietsen en huurfietsen voor een relatief lage prijs beschikbaar. Bij een vereniging kan elk jeugdlid een fiets lenen voor een paar maanden, maar als kinderen daarna doorgaan, moet je zo’n fiets wel kopen. Durf je als ouders in zo’n fiets te investeren als je niet weet of je kinderen langer blijven fietsen? Daar is wel echt wat aan te doen. Ik wil niet zeggen makkelijk, maar het kan met fietsen die nog langer gehuurd of geleend kunnen worden.”
En dan moeten de kinderen ook nog lid worden van een wielervereniging.
“Dat blijft inderdaad een probleem. Veilige wieleromgevingen zijn er steeds minder, de jeugd kan niet zomaar een rondje op de openbare weg maken. Na de dag bij Tour de Dumoulin blijft de vraag wat ze daarna doen als ze het naar hun zin hebben gehad. Hoe zorg je ervoor dat ze willen wielrennen en bij een club komen? Dat is heel moeilijk en daar hebben we verenigingen bij nodig om te helpen.”
Maak je je zorgen over de toekomst?
“Niet per se. Het valt me wel op dat jongens en meisjes een paar drempels over moeten. Meer bijvoorbeeld dan bij voetbal. Het is jammer, want kinderen ervaren zo niet het plezier dat fietsen kan brengen. En veel wielertalent blijft onder de radar.”
Niet elke stad heeft een Amstel Gold Race waar kleine kinderen, zoals jij ooit, zich vergapen aan het peloton en de koers. Hoe jammer is dat?
“De regels zijn de afgelopen jaren verzwaard voor het organiseren van wedstrijden. In Limburg had je vroeger in de zomer in elk dorp wel een criterium. Het was supermakkelijk. De organisatie trok een streep op de weg, zette een paar vrijwilligers op de straathoeken en het was koers. Tegenwoordig gaat dat niet meer, waardoor minder kinderen in aanraking komen met wielrennen. Er is sowieso veel meer verkeer bijgekomen en vrijwilligers zijn ook niet zomaar bijeen te krijgen.”
Met Tour de Dumoulin probeer je zelf iets terug doen voor de sport en de jeugd. Heb je het evenement zelf bedacht?
“Ik dacht op een gegeven moment: nu ben ik een bekende wielrenner en het onderwerp ligt me na aan het hart, waarom doe ik er niks aan? Toen is het idee geboren om met de Tour de Dumoulin de jeugd te laten zien dat fietsen heel erg leuk is, ongeacht het niveau.”
“Ik ben een beetje de attractie van de dag”
Kwam eruit wat je had verwacht? En wat kunnen kinderen straks bij de derde editie verwachten?
“Beide keren kwamen vijfhonderd deelnemers op het evenement af. De eerste editie was lastig, omdat er zoveel geregeld moest worden. Daar had ik zo nu en dan best stress van. De tweede keer liep het fantastisch, ondanks de beperkende coronamaatregelen. Daar kreeg ik veel energie van. Ik ben een beetje de attractie van de dag. Heel leuk hoor. M’n jaarlijkse aanwezigheid draagt bij aan de aantrekkingskracht. Maar ik hoop dat het een langdurig project wordt dat over jaren nog steeds bestaat. Die kinderen vinden het fantastisch met mij te zijn. Er is een jeugdpersconferentie. Geloof me, kinderen stellen de gekste vragen. Verder is het vooral een leuke mix van sport en spel. Kinderen krijgen een clinic fietsbehendigheid en kunnen een tijdrit rijden. Eigenlijk komt alles langs wat met wielrennen te maken heeft. Voor de jeugd is het gratis. De volwassenen die aan de toertocht meedoen betalen indirect daaraan mee. Dat vind ik een mooi concept.”
Jullie werken samen met Klaar voor de Start. Wat houdt die samenwerking in?
“Klaar voor de Start probeert wielrennen toegankelijker te maken voor de jeugd. In principe ligt dat doel heel dicht bij het oogmerk van Tour de Dumoulin. Zo stelt Klaar voor de Start ook leenfietsen voor onze dag in Maastricht beschikbaar, zodat er voor ieder kind een fiets is. Tour de Dumoulin is zowel voor kinderen die nog nooit hebben gefietst als voor kinderen met een beetje ervaring en hun eigen fiets. Eigenlijk dus voor iedereen. We krijgen ook subsidie van de gemeente en de provincie. Geld dat we overhouden steken we weer in het jeugdwielrennen, een deel ook weer in Klaar voor de Start.”
In hoeverre is jouw werkgever Jumbo-Visma betrokken bij Tour de Dumoulin en kunnen kinderen dus ook ploeggenoten van je verwachten?
“Ze zijn heel erg betrokken. Afgelopen seizoen was vanwege corona het hele wielerjaar naar het najaar geschoven. In het weekend van de Tour de Dumoulin stonden iets van vijf koersen op de kalender. Anders waren er een bus en een truck van de ploeg naar Maastricht gekomen, wie weet ook met renners. De ploeg is momenteel aan het investeren in het jeugdwielrennen, alleen op een niveau hoger dan waar wij ons mee tegenaan bemoeien. Zij proberen echt talent op te sporen door op scholen testen op rollers te draaien. Maar niet iedereen hoeft meteen de nieuwe Tom Dumoulin te worden. Het belangrijkste is eerst gewoon lol te maken op de fiets. Dat willen wij bewerkstelligen.”
Veiling
Samen met Team Jumbo-Visma veilen we persoonlijk gesigneerde kleding van Tom Dumoulin, Marianne Vos, Steven Kruijswijk en Sam Oomen. De volledige opbrengst gaat naar ‘Klaar voor de Start’, lees hier meer over de veiling.
Zou het wielrennen geholpen zijn als meer ploeggenoten van jou zo’n dag organiseren?
“Ik pretendeer niet dat het dé oplossing is. De Tour de Dumoulin is een manier om de jeugd kennis te laten maken met wielrennen. Ik waak ook voor een voortrekkersrol. Niet al mijn collega’s hoeven ambassadeur te zijn en ik hoef ze ook niet aan te sporen. Marianne Vos zet zich bijvoorbeeld ook in voor Klaar voor de Start. Het zou mooi zijn als er meer volgen. Dat wel.”
Wil je dit werk voortzetten na je carrière?
“Ja, dat denk ik wel. Ik wil hier wel mee doorgaan, omdat ik het vooral erg leuk vind. En het is belangrijk om jeugd te blijven stimuleren.”
FuturumMag.19
Dit artikel is afkomstig uit FuturumMag.19, het magazine van FuturumShop. Wil je meer interviews, reviews, tips of achtergrondverhalen lezen? Klik hier voor alle artikelen uit het FuturumMag.